Wat is hyperthyreoïdie?
De schildklier is een orgaan dat naast de luchtpijp in het halsgebied van de kat ligt. Het bestaat uit 2 lobben en produceert het schildklierhormoon. Dit hormoon (T4) beïnvloed veel processen in het lichaam. Het heeft een stimulerend effect op de stofwisseling.
We spreken van hyperthyreoïdie als er te veel schilklierhormoon aangemaakt wordt. In vrijwel alle gevallen komt dat door een goedaardige vergroting van de schildklier. Deze vergroting kan eenzijdig of beiderzijds voorkomen. Een enkele keer bevindt zich ook schildklierweefsel op een andere plaats in het lichaam, dat is dan meestal in de borstholte, dit noemen we ectopisch schildklierweefsel.
Symptomen van hyperthyreoïdie
Het meest kenmerkend voor deze aandoening is vermagering ondanks goede eetlust. Daarnaast zien we veel drinken/veel plassen, slechte vachtverzorging en een verandering van het gedrag. Katten worden dikwijls onrustiger en krijgen de voorkeur voor koudere ligplekken. Bij klinisch onderzoek vinden we vaak een verhoogde hartslag, verhoogde bloeddruk en dikwijls zijn de vergrootte schildklieren te voelen in de hals.
De diagnose
De diagnose wordt gesteld door de hoeveelheid hormonen in het bloed te bepalen. De apparatuur daarvoor hebben we in huis op onze hoofdlokatie in Heesbeen. Het is goed om iedere senior kat die vermagerd te screenen op onder andere deze aandoening.
Behandelingen
Er zijn verschillende behandelingen mogelijk. In veel gevallen behandelen we met Felimazole of Thiamacare, dat zijn medicijnen die de overproductie van T4 afremmen.
Een andere mogelijkheid voor katten die binnen gehuisvest worden is het gebruik van een voeding die weinig jodium bevat. Daardoor kan er minder schildklierhormoon gemaakt worden waardoor de klinische verschijnselen zich ook weer kunnen herstellen. Nadeel is wel dat de kat naast deze voeding niets anders mag eten omdat anders het effect teniet gedaan wordt. Dat is ook de reden dat het niet geschikt is voor katten die ook buiten komen.
Een andere optie is het verwijderen van de schildklier door chirurgie. Dit is een gecompliceerde operatie die eigenlijk niet meer wordt uitgevoerd nu er minder belastende en veiligere alternatieven zijn. Een behandeling met radioactief jodium is de meest effectieve behandeling. Gewoonlijk is éénmalige behandeling voldoende (circa 5% moet een tweede behandeling ondergaan). Een gedeelte ontwikkeld een te trage schildklier na deze behandeling en zal dan ook medicatie moeten ontvangen om dit tegen te gaan.
Controles na de start van behandeling
Bij behandeling met medicijnen is het eerste controle moment na 3 weken. Dan wordt wederom de hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed bepaald. Zonodig wordt de dosering van de medicatie aangepast en na 3 weken opnieuw gecontroleerd. Dit gaat door totdat de hormoonspiegel in het bloed weer binnen de normaalwaarde is.
We controleren ook de leverfunctie, vaak is er wat toename van de leverfunctie door de overactieve schildklier. Daarnaast is een van de, zeer weinig voorkomende, maar wel ernstige bijwerkingen van de schildklierremmende stoffen, dat er een beenmergdepressie kan optreden. Dat betekend een gestoorde aanmaak van de bloedcellen. Daarom controleren we ook de bloedaanmaak.
Omdat de schildklierfunctie in de loop van de tijd kan veranderen is het noodzakelijk om geregeld een controle in te plannen. Bij katten die stabiel zijn worden 2 keer per jaar de bloedwaardes gecontroleerd. Hoewel de kans op beenmergdepressie en leverproblemen niet groot is als dat in de eerste maanden niet optreedt kan het verstandig zijn om toch een keer per jaar een geriatrisch profiel in het bloed te bekijken. Dat betekend dat we ook naar andere aandoeningen in het bloed kijken die bij oudere katten een rol spelen.
Als uw kat op YD van Hills komt te staan, dat is de jodiumbeperkte voeding, dan is het goed om na enkele maanden te checken of dit effectief is. Als dat effectief blijkt dan hoeft er zolang er geen aanleiding voor is geen verdere controle plaats te vinden.